Een rondje… om.

Een rondje om. Actieradius valt erg tegen, de spieren laten het voor een deel afweten en een bankje elders brengt uitkomst. In die zin dat het mij even ontlast, waardoor de opgedane belasting weer de kans krijgt om te herstellen. En dat is niet alleen heel zorgelijk, maar verontrust mij tegelijkertijd. En wat blijft er dan nog over wanneer ik een blik rond mij heen werp? Een kinderspeelplaats met uitzicht op woningen die zich kenmerken door het aantal bewoners dat in een onderverdeelde (nummer 8a, 8b, 8c) eengezinswoning onderdak heeft gevonden, waarbij trappen aan de buitenkant gemonteerd om in geval van nood een vluchtweg bieden. En waar onderhoud niet direct alle prioriteit heeft, wat je eigenlijk wel van een verhuurder zou mogen verwachten. Niet direct achterstallog, maar waar het oog geneigd is om de buitenkant te aanschouwen, is het hooguit een openslaand raam dat in deze soelaas biedt. Waardoor het groen zich meester maakt van het wit wat ooit als kleur nog iets van uitstraling naar voren bracht.


Maar ook dat behoort tot het verleden en waar huiseigenaren er alles aan doen om hun pand te onderhouden, zal het de huurder een zorg zijn. Zolang een dak wordt geboden, zolang zal het wat hen betreft gaan duren voor er weer actie wordt ondernomen.
En wat te denken van die andere beelden. Een aantal gekleurde halve bollen die enig vermaak veronderstellen, wel kleurrijk maar ik heb geen idee wat de maker van dit speelding voor ogen stond. Moet je van de ene bol naar de andere hobbelen, is het de kleur die aanspraak doet wanneer een spel met verschillende kinderen wordt gespeeld of is het alleen tot ‘lehringe ende vermaeck’ daar neergezet. Een boom die wat lentefris groen aan bladeren tevoorschijn tovert, een pad dat de weg wijst en voor geen ander doel beschikbaar is.


Ach, het zijn wat mijmeringen die ik zo laat passeren, terwijl ik aan het tweede deel van mijn wandeling ga beginnen, de spieren zijn ontspannen en de weg die ik volg is niet veel meer dan dat simpele ‘rondje om.’