Later!

En weet je wat het zo bijzonder maakt vandaag de dag?! Dat er nog steeds weinig te beleven valt, dat er niets te melden valt en dat wanneer je valt je de mogelijkheid hebt om zelf op te gaan krabbelen. Dat waar het een het ander denkt te kunnen omarmen, ook van een omarming geen sprake kan zijn. En dat ik bewust heb gekozen om op 1 december mijn eerste kaarten voor het volgend jaar reeds op de bus heb gedaan, maar ook dat is oud nieuws. Dat ik me realiseer dat ik ook nog eens veelvuldige in de herhaling val, en wanneer er sprake is van echt nieuws ik voor een groot deel me aan plagiaat schuldig maak en dat wanneer er wat te melden valt dit hooguit het het weer betreft of dat ik het vuil naar de restafvalcontainer weet te brengen. Dus wordt het voor vandaag dit eerste deel van het bericht, dat ik morgen waarschijnlijk van een vervolg zal gaan voorzien! Dus… tot later!

Dus… voor vandaag maar een appendix (geen vermiformis) in de vorm van een gedicht dat ik ooit schreef toen ik een leerling uit mijn Duin & Bosch tijd op het strand van Egmond uit zee zag opdoemen. De titel is ZEEzij en het strand kenmerkte zich toen nog doordat dames het bovenstuk van hun bikini elders op het strand achterlieten. Kom daar vandaag de dag nog maar eens om, het is dan 19-02-1990, waardoor dit een schrijven is wat de loop der tijd ruimschoots heeft doorstaan!


ZEEZIJ //

Als een Godin / rees je op / het water lachte / rond je benen /

week de schoonheid / van jouw lichaam / naar de binnenkant / van mijn / zonnebril//


ik deed / niet veel meer / dan mijn ogen / opensperren.