Alles I…

‘ALLES MOET VERANDEREN, OPDAT ALLES HETZELFDE BLIJFT.’ Laat ik daar eens mee aan de haal gaan. Allereerst dien ik paal en perk te stellen aan de berichten die ik voor jelui in petto heb. Ten tweede kan het niet zo zijn dat ik met jullie gedachten aan de loop ga. Ten derde dien ik een overvloed aan voorbeelden ter beschikking te stellen. Ten vierde kijk ik niet om, maar meer vooruit. Ten vijfde dient de hand gevuld te blijven, opdat ik geregeld met die hand goed kan blijven doen. Ten zesde blijft het credo in stand: ‘wie goed doet, goed ontmoet.’ Ten zevende: ook God had die dagen nodig om zijn paradijs op aarde gestalte te kunnen geven. En wanneer er een achtste dag zou bestaan, dan zou eenieder achterovervallen van geluk. Om nu negen en tien ook nog van enige inhoud te voorzien, dat is het raadsel wat in de schoot der toekomst verscholen ligt. En daar ik niet in het bezit ben van een dusdanige schoot, laat staan dat ik een Bar-b-que schort tot mijn beschikking heb, hoef ik geen mes te slijpen… en de vraag of er leven is op Pluto, dan wel dat je op de maan kunt dansen, die vraag dient gesteld te worden aan het Goede doel.

Want aan Goede doelen gaat de mensheid uiteindelijk ten onder. Zo de kop is er af, maak je op voor de nodige flauwekul en wanneer je weet dat ik reeds jaren in de verlenging van mijn leven zit… Vandaag een bezoek gebracht aan de cardioloog die mij jaren geleden van die klapkast heeft voorzien. Mijn derde alweer en wanneer ik zo vrij ben om mij iedere dag met een zonsopgang te mogen prijzen, hoor je mij niet klagen. Hooguit wanneer ik die alarmpoortjes in de Lidl passeer en het geluid en het rood mij te wachten staat. Tot op heden nog niet aangehouden en het heeft er veel van dat…

Die dag van verandering terwijl het gelijktijdig ook weer veel van hetzelfde is. Belgische bieren, de knabbelnootjes en voor het gemak veelvuldig ouwehoeren. Dat houdt niet alleen de vaart erin, maar zo krijg ik ook weer de kans om het leven van een andere zijde te aanschouwen. Want klagen zit nu eenmaal ook in mijn bloed, wat te zeiken doe ik op de plee en wanneer mijn kletterende straal mijn blaas ontlast, is het niet alleen voldoening maar ook een grote mate van opluchting. Om maar eens wat banaals naar voren te brengen.