Crapaud

Heel eerlijk gezegd, vind ik het wel prettig. Chaos. En vooral wanneer dit het kleine kamertje betreft, om van de zolder maar te zwijgen. Ik sta garant voor het bewaren van noodzakelijke spullen, waar een ander de nodige vraagtekens bij zet. Wat moet je met de troep, waarom bewaar je dat in Godsnaam en wie belast je ermee wanneer je er op een goede dag niet meer bent”! Of het nu boeken betreft of dat het modellen zijn, of het boekjes zijn van de HEMA dan wel fotoboeken die je ternauwernood nog inkijkt, boeken die nog in de folie zitten en daaropvolgend een plaatsje krijgen in een volgende doos die dan weer naar zolder verhuist, ach het heeft wel wat. Dat opzadelen is alleen een puntje, dat door mijn handen gaan van spullen levert soms de nodige verrassingen op, zeker wanneer dit een brief betreft van mijn opa zaliger die dit in 1975 via de post aan deed toekomen. Toen de postzegels nog 25 centen kostten, kom daar vandaag de dag nog eens om. Prijzen uit andere tijden, woorden waarin mijn opa nog de ouderwetse woorden gebruikte en een tweetal oo’s deel van zijn vocabulaire uitmaakten. Waarin hij beschreef dat hij met een bepaalde regelmaat een blaasontsteking te lijf ging met voorgeschreven antibiotica en ergens in een verre provincie woonachtig was. Stadskanaal of all places, waar hij niet kon aarden, want zijn wortels lagen in Noord-Holland en wel te weten in Den Helder. Het was mijn grootmoeders idee om daar naar toe te verhuizen, dicht in de buurt van haar jongste dochter die vele jaren in Indonesie en Venezuela had doorgebracht. Een soort van moeders kindje, dat ook toen weer eigen plannen trok en waar mijn opa in haar kielzog mee ten onder is gegaan. Zij kenden daar niemand, zij verbleven daar in een bejaardenhuis met de naam Rulea (hetgeen voor een Rustige Levens Avond stond) met Grunningers die zij niet kenden en waar zij eigenlijk steeds meer versomberden. En toen oma overleed en werd gecremeerd in het Crematorium Paddenpoel, was voor mij eigenlijk het hek van de dam, geen wandelingen meer met mij opa over de dijk, geen verse vis die in roomboter werd opgediend, rijst erbij en een gekookte aardappel om het geheel met een voortreffelijke botersaus af te gaan ronden. CZ Lutjewinkel die voor de boter garant stond, toen er nog geen sprake was van een boterberg en de geur van die boter al in de gang was te ruiken. Scholletjes en gedroogde schar, het moment waarop ik weer naar Alkmaar ging omdat mijn vakantie of herstel tijd er weer op zat. En toen oma dood was, kreeg opa last van visioenen: in de crapaud van oma wat haar zetel was,


iGer.nl


iGer.nl
Zag hij haar regelmatig zitten… Die crapaud bestaat nog steeds, staat nu op de slaapkamer met een plaid over de zitting. Een beetje versleten, een zoveelste leven en wanneer het ooit tijd wordt dat ook deze zetel dit pand zal gaan verlaten…