Een kwestie van

Als ik kijk, zie ik iets. Als ik goed kijk, zie ik beter. Maar het beste kijk ik met mijn ogen dicht. Een raadsel? Welzeker niet. Met mijn ogen dicht zie ik de scherpte diepte, de oppervlakkigheid van een bestaan, de samenloop die ineen gaat vloeien, de onzinnigheid van zijn en het universum dat zich niet laat vangen. Vloeiende ljnen die overgaan in abstracte golven, bewegingen die verstillen en kleuren die zich niet laten omschrijven.

Er is weing dat zich laat duiden en mocht dit het geval zijn is het voor even, weg! Ik doe en laat in een gesloten oogopslag, het bliksems en het dondert niet welke weg gekozen wordt, de borden zijn verdwenen en hooguit een paddenstoel doet denken aan een wegwijzer die veel verder wijst. Een tijdperk dat zich in de tijd verliest, afspraken die worden geschonden en regels die niet veel meer zijn dan een bundel spaghetti op een bord. Sauzen die zich nog moeten gaan bewijzen, een kok die is uitgedost als tovenaar, gouden munten die worden omgesmolten in kazen die wachten om verlost te worden uit de mallen van hun bestaan.

Het Spaanse graan dat verandert in een zilvervloot, Atlantis dat uit de zee verrijst, de rijstebrij waar ik mij aan laaf en een verdwaalde Laaf op zoek naar het sprookjesbos. Het kriskrast, wirrelwarrelt in een wereld die zich niet laat beschrijven en de overkant blijkt niet meer dan een roepende in een vergeten woestijn. Een eenoog kraait dat de koning zijn ogen op steeltjes heeft verloren en waar een tollenaar er alles aan doet om de rattenvanger op te sluiten in een kooi, waart de ziekte van Weil welig rond. Ik denk even dat ik de pest zal krijgen, schud de hand van een leproos, maak mij druk omtrent iemand die zich niet laat kennen en vlucht niet veel later terug in het hol dat mij wacht.

Om even later als een schulpier mijn huis op mijn rug verder te gaan dragen… Denk ik in dit moment dat zich voordoet, op een wijze waarvan ik de bedoeling niet ken. Zo’n dag als vandaag is kenmerkend voor de dag van vandaag: zondag!