Lindenlaan 97
Terwijl mijn vader bij zijn vader op de Algemene Begraafplaats rust, bedacht ik spontaan om een blik te gaan werpen op zijn voormalige ouderlijk huis. Lindenlaan 97 en dat huis kenmerkt zich momenteel in de vorm van een doorzonwoning, waar eerder sprake is geweest van een voor- en een donkere achterkamer. De opkamer als het ware, ware het niet dat daar sporadisch gebruik van werd gemaakt. Opa klom met zijn grote zware lijf een steile trap naar boven op, alwaar een slaapkamer te vinden was en oma verbleef beneden in de bedstee, die deel uitmaakte van die eerder genoemde donkere achterkamer. De tonnenman moest van achteren vanaf het plaatsje waar de poepdoos te vinden was, met het klotsende spul, beer met pis de gang door om een volgende lege ton weer naar binnen te brengen. Of er in Alkmaar ook sprake was van een Boldoot expres, dat durf ik eerlijk gezegd te betwijfelen. Het speelt dan ook ergens in de jaren vijftig van de vorige eeuw… Opa overleed op een kwaaie dag in Huize Westerlicht en oma bleef achter. Achter de bedstee bevond zich haar keuken, waar opa beschikte over een eigen kastje waar hij zijn worst en spek en kaantjes bewaarde. Of zij gezamenlijk aten, ook dat durf ik te betwijfelen, daar opa ’s morgens vroeg het huis verliet, op een bank bij het borstbeeld van Truitje plaatsnam en daar het toen nog niet overvloedige verkeer aanschouwde. Hij had zijn leven lang als Plantsoenenbaas voor de Gemeente Alkmaar gewerkt en op die manier een zilveren penning in ontvangst genomen. Maar waarschijnlijk is het ook zo dat Opa Klaas Pijper vanuit die functie ook heeft aangegeven waar hij bij zijn dood begraven wenste te worden. En dat graf bestaat nog steeds hoewel ik tot op heden geen papieren heb gevonden die ervoor zorgen dat het graf nog steeds onderhouden wordt. Eeuwigdurend denk ik dan maar, eeuwigdurend ook de drie Pijpers die daar te vinden zijn. Want tussen opa en mijn vader ligt een oom van mijn vader, een vrijgezelle broer van opa Klaas. Dan te bedenken dat ik Willem nog steeds weet te vinden, dat ook Klaas geen onbekende is maar dat Opa Valkhoff ergens in het noorden van het Groningse land als as is verstrooid in een crematorium met de naam Paddenpoel. En dat ook oma Valkhoff daar ergens is opgegaan in de aarde. Aan oma Pijper heb ik niet zoveel herinneringen, hooguit dat ik haar ooit in klei heb vereeuwigd en dat zij nu deel uitmaakt van het kastje dat Willem Schotten voor mij in elkaar heeft gemaakt. En als er dan sprake is van een huisje… Maar er kwam nog een herinnering naar boven. Wij waren met de hele familie een dagje naar Egmond geweest, dat wil zeggen Ma, Pa, Annemarijke en ik. Een prachtige dag, lichtelijk verbrand en de Tsjamba Fi stond te wachten tot het moment dat pa voorstelde om even bij zijn moeder lang te gaan. En dat werd een drama! Een sterke gaslucht kwam ons tegemoet toen oma geen aanstalten maakte om de deur te gaan openen. Pa had gelukkig een sleutel en de gaslucht nam alleen maar toe. Oma lag in de bedstee en was overleden. Stadsgas had haar die nacht de das omgedaan, simpelweg door het feit dat de gasslang zo poreus was dat het gas haar in haar slaap naar de andere kant van het leven had gebracht. Mijn vader was wees, mijn vader erfde twee huizen in de Lindenlaan en mijn oudste zus en ik werden op een ander moment uit onze slaap gewekt en zagen 9000 gulden in grote biljetten op de eettafel liggen. En Pa sprak de woorden: ‘kijk maar eens goed, want zoveel gulden zul je nooit van je leven meer zien’. Jaren later reed ik met 15.000 gulden naar Boots, geleend geld van Scheringa, om een gloednieuwe besteleend te gaan kopen…
Laatste 15 Reacties