Zand korreltje.

‘Op geleide van getijde’ drijven wij wat af en aan’.

Een eenvoudige manier om het leven in al zijn of haar schakeringen naar voren te brengen. De maalstroom van het leven als het ware, waarbij verwachtingen en veronderstellingen geregeld worden afgewisseld met gebeurtenissen die niet altijd zijn te voorzien. Niet alles valt immers op voorhand te voorspellen en waar samenlopen een onderdeel van het ‘alles’ kunnen zijn, kan een idee per ongeluk een ideaal naar voren brengen. Of het moet zo zijn dat mogelijke voorspellingen door anderen op klaarlichte dag volop in het licht komen te staan. Niet nader te verklaren hooguit achteraf te beschouwen en, wat minstens zo belangrijk is, te aanvaarden. Maar dat laatste vraagt veelal een tol, dingen worden je nu eenmaal niet spontaan in de schoot geworpen. Levenskunst en levensgenieter, de dingen die zich voordoen stomweg aanvaarden of dit nu positieve zaken zijn dan wel negatieve, ieder zal proberen die zaken zoveel mogelijk naar eigen hand te gaan zetten. Keuzes maken en niet veronderstellen dat zaken je ‘zomaar’ overkomen. Waarbij dit laatste nog weleens naar voren wordt gebracht, doordat wordt verondersteld dat daarbij het lot bepalend kan zijn. Hooguit een loterij waarbij je de kans loopt om op pech te stuiten, gelijk ook dat bordspel ganzenbord. Je raakt in de put, of je gaat direct naar de gevangenis en wacht tot je verlost wordt, waardoor jouw lot in handen van anderen komt. Maar dan is het enkel nog een spel dat gespeeld wordt desnoods met dobbelstenen, of kaarten die een bepaald doel voor ogen hebben. Kanskaarten bijvoorbeeld, waarbij je de kans loopt om ver vooruit te kunnen gaan dan wel dat je die kaart aan een ander dient te geven. ’t Is maar een spelletje, als dooddoener wanneer je op het punt staat te verliezen van de andere partij.

Want pech of geluk het heeft er veel van dat een dubbeltje niet altijd de goede kant opvalt. En dan te bedenken dat dit alles ook nog onder invloed staat van de Maan, waarbij eb en vloed de wateren in beweging houden en wij achteraf niet veel meer blijken te zijn dan een zandkorreltje op het strand.